Het college,
1. INHOUD VAN DE AANVRAAG
Stedenbouw / stedenbouwkundige handelingen
Groepswoningproject met 4 woningen met bijbehorende fietsbergingen, incl. aanleg parkings en toegangspaden en -wegen
2. BEOORDELING VAN DE AANVRAAG
Beoordeling stedenbouw: stedenbouwkundige handelingen
2.1.Afwijkingen op de voorschriften en/of op de goede ruimtelijke ordening
Niet van toepassing op deze aanvraag. Er worden geen afwijkingen vastgesteld.
Beleidsmatig gewenste ontwikkeling: “Noodzakelijke maatregelen inzake grote waterproblematiek in de gemeente”
In onze gemeente ondervinden we een niet te verwaarlozen waterproblematiek, onder andere doordat de ondergrond hoofdzakelijk uit moeilijk doordringbare kleigrond bestaat. Regenwater kan dus niet makkelijk weg, en rioleringen geraken verstopt. Bovendien wordt vuil water al te vaak gemengd met proper water. Vanuit Vlaanderen zijn deze maatregelen in vele gevallen nog niet verplicht. Maar met oog op de niet te verwaarlozen waterproblematiek in onze gemeente wordt als voorwaarde voor vergunning opgelegd:
De vergunninghouder neemt akte van dat het vandaag wenselijk en noodzakelijk is om alle gebouwen te voorzien van een gescheiden rioleringsstelsel, een hemelwaterput van minstens 5000 liter, een operationele hergebruikinstallatie voor functioneel hergebruik minstens voor toiletspoeling, een voldoende gedimensioneerde infiltratievoorziening. Ook is het vandaag wenselijk om alle gebouwen te voorzien van (extensieve) groendaken, al dan niet in combinatie met één of meerdere van de voornoemde methodes. Gescheiden rioolaansluiting dient conform de richtlijnen van Pidpa – HidroRio te zijn. Voor rioleringswerken kan de vergunninghouder een afzonderlijke aanvraag tot (her-)aansluiting en keuring worden ingediend bij Pidpa Riolering via www.pidpa.be/afvalwater/aansluiting/nieuwe-aansluiting , klant@pidpa.be , klantenservicenummer 0800/90.300.
Beleidsmatig gewenste ontwikkeling: De “BEN-norm” (Bijna EnergieNeutraal), energetisch omvormen van uw gebouwen met oog op de toekomst
Vanaf 2021 wordt verwacht dat de BEN-norm in heel Europa standaard verplicht zal zijn. De gemeente meent dat gebouwen die vandaag nieuw gebouwd en herbouwd worden conform BEN moeten zijn. Vanuit Vlaanderen zijn deze maatregelen in vele gevallen nog niet verplicht, maar met oog op de niet te verwaarlozen globale milieuproblematiek wordt als voorwaarde voor vergunning opgelegd:
De vergunninghouder neemt akte van dat het vandaag wenselijk om alle gebouwen om te vormen naar BEN-gebouwen (Bijna EnergieNeutraal).
2.2 Beoordeling van de adviezen
Externe adviezen
Het advies van de brandweerzone Rivierenland is voorwaardelijk gunstig.
Het advies wordt onderbouwd met specifieke regelgeving, waardoor dit advies dus onder de toepassing van VCRO art.4.3.3. “direct werkende normen” valt.
Het cbs moet dit advies dus verplicht volgen.
Het advies luidt als volgt:
Gelet dat eengezinswoningen uitgesloten zijn uit de basisnormen voor brandvoorkomingsmaatregelen voor Lage, middelhoge en hoge gebouwen, zijn er weinig tot geen regels van toepassing op dit project. Toch willen we de aandacht even vestigen op de onbereikbaarheid met de ladderwagen van woning A en B in dit project.
De toegangszone tot garage P1 en P2 dient bijkomend uitgevoerd te worden als opstelplaats voor de brandweervoertuigen. De ondergrond dient voorzien te worden zodat deze het nodige draagvermogen heeft om onze voertuigen te kunnen dragen.
Ondanks dat de wetgeving niet van toepassing is, wordt het advies van de brandweer toch gevolgd en wordt de gevraagde aanpassing opgelegd als voorwaarde bij deze vergunning.
Het advies van Pidpa is voorwaardelijk gunstig. Het advies wordt onderbouwd met specifieke regelgeving, waardoor dit advies dus onder de toepassing van VCRO art.4.3.3. “direct werkende normen” valt.
Het cbs moet dit advies dus verplicht volgen; de voorwaarden moeten dus bij de vergunning opgelegd worden.
Het advies luidt als volgt:
1. Beschrijvend gedeelte:
1.a. Van toepassing zijnde regelgeving:
- Het reglement voor de aanleg van rioleringsinfrastructuur in ontwikkelingen, goedgekeurd door de gemeenteraad en vermeld op de website van Pidpa: www.pidpa.be bij 'afvalwater en riolering/ontwikkelingen'.
- De gewestelijke stedenbouwkundige verordening van 5 juli 2013 inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater.
- Het Vlaams reglement houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne (VLAREM)
- De “Basisvoorwaarden voor het rioleringsbeheer” Pidpa-Riolering (zie website www.pidpa.be).
- Het Algemeen waterverkoopreglement (zie website www.pidpa.be).
- Het Bijzonder Waterverkoopreglement (zie website www.pidpa.be).
- De code van goede praktijk voor het ontwerp, de aanleg en het onderhoud van rioleringssystemen.
- Deze lijst is niet limitatief.
1.b. Ligging volgens het zoneringsplan:
- De ontwikkeling is gelegen in het centrale gebied met reeds bestaande aansluiting op een zuiveringsstation (oranje gearceerd);
Pidpa o.v. IBAN BE47 0963 1480 0080 BE 0204.908.936 BIC GKCCBEBB
1.c. Weerhouden geval volgens het ontwikkelingsreglement:
- De ontwikkeling ligt in centraal gebied, grenzend aan centraal gebied of in geoptimaliseerd buitengebied en er zijn enkel beperkte rioleringswerken en bijhorend sleufherstel van de bestaande wegenis binnen het openbaar domein en valt dus onder de specifieke voorwaarden van het geval A.2. van het ontwikkelingsreglement.
1.d Weerhouden bepalingen volgens het ontwikkelingsreglement:
- Pidpa bepaalt welke rioleringsinfrastructuur voorzien moet worden door de ontwikkelaar en maakt hiervoor eventueel een offerte over aan de ontwikkelaar.
- De werken worden uitgevoerd door Pidpa of een door Pidpa aangestelde aannemer. Dit kan slechts na betaling van de in de offerte vermelde, geraamde kostprijs.
- Onvoorziene omstandigheden tijdens uitvoering van de werken die aanleiding geven tot een stijging van de kosten worden eveneens aangerekend aan de ontwikkelaar.
2. Voorwaarden: (onverminderd de bepalingen uit het ontwikkelingsreglement)
2.a. Specifieke voorwaarden:
- De DWA-afvoer en de RWA-afvoer zullen respectievelijk dienen aangesloten te worden op de bestaande gemengde riolering (DWA) en op het openbare RWA-stelsel (open gracht) (RWA) langsheen de Biesaerdeweg.
- De regenwaterputten met een inhoud van 5.000 liter per woning voldoen aan de bijgevoegde aanstiplijst hemelwater voor de nieuwbouw of herbouw van een of meer eengezinswoningen.
- De regenwaterputten dienen voorzien te zijn van effectief hergebruik van regenwater, dit is voorzien door de aansluiting van een toilet en een gevelkraan per regenwaterput.
- De overloop van de regenwaterputten wordt aangesloten op een infiltratievoorziening met 15.540 liter infiltratievolume en 40m² infiltratie oppervlakte. De overloop hiervan mag worden aangesloten op het openbaar domein t.h.v. de rooilijn.
Men moet er wel aandacht aan besteden dat de infiltratievoorziening geplaatst wordt boven het grondwaterniveau.
- De infiltratievoorziening dient volledig op eigen (privaat) terrein geplaatst te worden. De openbare gracht mag hiervoor niet gebruikt worden. Dit dient aangepast te worden.
- Verhardingen die zullen worden uitgevoerd in waterdoorlatende materialen of lokaal infiltreren in de bodem mogen niet voorzien worden van afvoeren door middel van kolken en/of goten.
- Een voldoende gedimensioneerde (volgens 'Waterwegwijzer bouwen en verbouwen') en goed werkende voorbehandelingsinstallatie (septische put) op de afvoer van de toiletten is verplicht. Deze werden voorzien en staan vermeld op het plan.
- Eén DWA-huisaansluitputje ter hoogte van elke (toekomstige) overgang van privéwaterafvoer naar het (toekomstig) openbaar saneringsnetwerk is verplicht.
- Eén RWA-huisaansluitputje ter hoogte van elke toekomstige overgang van privéwaterafvoer naar het openbaar saneringsnetwerk, tenzij wordt aangesloten op een gracht of een ander open hemelwaterlichaam is verplicht.
- De huisaansluitputjes, de plaatsing ervan en de aansluiting op de riolering zijn ten laste van de ontwikkelaar. De putjes dienen maximaal 1m uit elkaar geplaatst te worden en minimaal 0,5m.
Pidpa o.v. IBAN BE47 0963 1480 0080 BE 0204.908.936 BIC GKCCBEBB
- Standaard huisaansluiting: een huisaansluiting met een diameter van 160mm waarbij de bovenkant van de buis maximum 50cm onder het maaiveld ligt ter hoogte van de rooilijn.
- De aansluitingen dienen aangevraagd te worden bij Pidpa-Riolering (www.pidpa.be).
- Dossierkost
o Er dient door de ontwikkelaar een éénmalige dossierkost betaald te worden van 500,00 euro (excl. BTW), zoals vermeld in punt 2.b. en conform artikel 5 van het ontwikkelingsreglement (deze dossierkost dient betaald te worden nadat de vergunning werd afgeleverd).
2.b. Algemene voorwaarden:
- De dossierkost, conform artikel 5 van het ontwikkelingsreglement, dient betaald te worden nadat Pidpa in kennis werd gesteld van het afleveren van de vergunning. Deze dossierkost wordt door Pidpa rechtstreeks aan de ontwikkelaar gefactureerd. Deze dossierkost staat volledig los van een eventuele offerte voor het uitvoeren van werken door Pidpa.
- Voor elke aansluiting op de riolering (dus ook op bestaande wachtaansluitingen/ huisaansluitputjes) dient een aanvraag gericht te worden aan Pidpa-Riolering.
- Bij een bemaling is het verplicht een zandvang en een debietsmeter te plaatsen.
- De keuring van de afvoer van de privéwaterafvoer is verplicht:
o bij nieuwbouw of herbouw
o bij het realiseren van een bijkomende aansluiting of het plaatsen van een IBA
o bij de aanleg van een gescheiden riolering op het openbaar domein tenzij er een conform keuringsattest kan voorgelegd worden van nieuw- of herbouw dat niet ouder is dan 5 jaar
3. Beoordeling:
Het advies is voorwaardelijk gunstig, er dient voldaan te worden aan de bovenstaande te volgen richtlijnen, voorwaarden en regelgeving.
De infiltratievoorziening dient volledig op eigen (privaat) terrein geplaatst te worden. De openbare gracht mag hiervoor niet gebruikt worden. Dit dient aangepast te worden
Dit advies moet gevolgd worden. Er moeten bijkomende wadi’s voorzien worden per woning zoals reeds beschreven.
Het advies van Pidpa afdeling drinkwater is gunstig.
Het advies luidt als volgt:
Betreffende uw adviesaanvraag voor aansluiting van bovenvermeld dossier kunnen wij u meedelen:
Er is geen uitbreiding nodig van het distributienet in de openbare weg. De ontwikkeling is aansluitbaar op de bestaande hoofdleiding diameter 90mm van het drinkwaternet.
Zodra de bouwvergunning wordt afgeleverd kan een aansluiting op ons drinkwaternet worden aangevraagd via https://www.pidpa.be/ons-aanbod/drinkwater/nieuwe-aansluiting
Alle informatie en voorwaarden op technisch en administratief vlak kunt u terugvinden op onze website: https://www.pidpa.be/ons-aanbod/drinkwater
Voor uw project gelden volgende bijkomende voorwaarden:
Er dient één meterlokaal voorzien waarin alle watermeters voor het gehele project geplaatst worden. Deze moet zich bevinden binnen de 75 meter haaks op de rooilijn met maximaal één bocht op het traject zodat Pidpa de waterdruk aan de watermeter kan garanderen.
De diameter van de aansluiting hangt af van het aantal watermeters, de vereiste debieten, brandweervoorschriften, …. Zodra u over deze gegevens beschikt kan u deze aan ons bezorgen en zal Pidpa nagaan welke netwerkaanpassingen eventueel nodig zijn om hieraan te voldoen.
Het advies is gunstig, mits er voldaan wordt aan de bovenstaande te volgen richtlijnen, voorwaarden en regelgeving.
Dit advies moet gevolgd worden
2.3. Functionele inpasbaarheid
Voorliggende aanvraag betreft groepswoningproject met 4 woningen en bijbehorende fietsenbergings en inrichting en aanleg van het perceel op een perceel in woonzone.
De gevraagde functie betreft “wonen”. De bestaande directe omgeving wordt gekenmerkt door een mix van handelspanden, ééngezinswoningen en meergezinswoningen. Daarom is de voorgestelde functie wel inpasbaar in de directe omgeving.
Doordat er steeds meer vraag is naar kleinere betaalbare woningen voor startende gezinnen is dit een project dat daarin tegemoet komt.
Door de kleinere percelen en een gemeenschappelijk gedeelte dat gezamenlijk moet onder houden worden wordt de kostprijs gedrukt en is het betaalbaar om dit soort woningen ook aan te kopen voor jonge gezinnen, die niet in staat zijn om de “grotere”, niet energetisch optimale, oudere woningen met grote tuin om te onderhouden aan te kopen en te renoveren naar de huidige energienormen en te onderhouden.
2.4.Mobiliteitsimpact
De aanvraag voorziet groepswoningproject met 4 woningen en bijbehorende fietsenbergings en inrichting en aanleg van het perceel.
Het project voorzien 5 parkeerplaatsen op eigen terrein. Zo voldoet dit aan de stringente norm voor woningen qua parkeerplaatsen. De oprit is voldoende groot zodat deze toegankelijk is voor de brandweer. Zo kunnen de bewoners van de Laarhofstraat die een garage aan de achterzijde van hun perceel hebben en ook een erfdienstbaarheid hadden van toegang, ook in hun garages zonder veel moeite.
De verplaatsingen van de bewoners van het nieuwe project zullen het huidige gebruik van de weg door de huidige bewoners van de Biesaerdeweg en de 2 bewoners van de Laarhofstraat niet verhinderen.
Af en toe zal er eens moeten gewacht worden om elkaar door te laten, maar dat is nu ook al het geval. Dit verandert niet door de bijkomende woningen. De frequentie dat dit gebeurd zal niet drastisch stijgen waardoor de verplaatsingen onmogelijk worden.
Daarom is de voorgestelde impact op de mobiliteit in de omgeving en het perceel aanvaardbaar.
2.5. Schaal
De aanvraag voorziet groepswoningproject met 4 woningen en bijbehorende fietsenbergings en inrichting en aanleg van het perceel.
De woningen zijn opgebouwd in 2 bouwlagen met een plat dak. De zijdelingse muren zijn schuin uitgevoerd waardoor het lijkt dat het om hellende daken gaat. Door geen hellend dak wordt de hoogte van de gebouwen ook beperkt. Het volume dat nu gebouwd wordt is kleiner dan het volume dat de oude hoeve, die destijds op dit perceel stond, innam.
Daarom is het voorgestelde gabarit / volume ten aanzien van de omgeving en het perceel aanvaardbaar.
2.6.Ruimtegebruik en bouwdichtheid
De aanvraag voorziet groepswoningproject met 4 woningen en bijbehorende fietsenbergings en inrichting en aanleg van het perceel.
De constructies zijn zo ingeplant op het perceel dat er toch een open structuur blijft op het perceel en dat er toch nog doorkijk is van de aangrenzende percelen naar de omliggende natuur. De verhardingen worden uitgevoerd in waterdoorlatende materialen. Enkel de terrassen mogen in niet-waterdoorlatende materialen aangelegd worden. Deze wateren ook af naar de aangrenzende groenzone.
Daarom zijn de voorgestelde constructies / verhardingen / ruimte-inname ten aanzien van de omgeving en het perceel aanvaardbaar.
2.7. Visueel-vormelijke aspecten
De aanvraag voorziet groepswoningproject met 4 woningen en bijbehorende fietsenbergings en inrichting en aanleg van het perceel.
De woningen zijn opgebouwd uit beige/wit genuanceerde gevelstenen en gevelbekleding in verticale houten beplanking. De ramen zijn van antraciet grijs aluminium.
Het dak is plan en bedekt met epdm.
Deze moeten nog aangelegd worden met een groendak. Dit is momenteel niet voorzien en moet wel aangelegd worden. De zijdelingse muren van de woningen zijn schuin opgetrokken.
Daarom is het voorgestelde materiaalgebruik / vormgeving / esthetiek ten aanzien van de omgeving en het perceel aanvaardbaar.
2.8. Cultuurhistorische aspecten
Niet van toepassing. De aanvraag omvat geen cultuurhistorische of erfgoed gerelateerde elementen.
2.9. Bodemreliëf / Milieu
De aanvraag voorziet minder dan 1.0m ophoging van het terrein. Omdat dit conform Vrijstellingsbesluit art.6.2. 3° is, is dit wel aanvaardbaar.
Er is mogelijks verontreinigde grond aanwezig,
Er moet daarom voor de aanvang van de werken een oriënterend bodem onderzoek worden uitgevoerd om uit te maken of de grond al dan niet vervuild is.
Als deze vervuild zou zijn, moet deze eerst behandeld worden volgens de geldende regelgeving. Daarna kunnen de werken pas uitgevoerd worden.
2.10.Hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen
De aanvraag omvat groepswoningproject met 4 woningen en bijbehorende fietsenbergings en inrichting en aanleg van het perceel.
De inplanting van de woningen is zo opgevat dat er een groepswoningproject met een gemeenschappelijk gedeelte wordt gecreëerd. De hinder van deze woningen op de omgeving en de aangrenzende percelen blijft tot een minimum beperkt.
Al het nodige wordt gedaan ivm de waterhuishouding. Ook bij de toegankelijkheid van het perceel wordt er rekening gehouden met de aangrenzende percelen en de toegangen tot de respectievelijke garages aan de achterzijde van enkele percelen van de Laarhofstraat.
Het uitzicht van de woningen aan de Laarhofstraat wordt niet in die mate beperkt dat dit een last zou zijn. Deze woningen hebben een voldoende grote tuin en het uitzicht op de achterliggende natuur blijft behouden gezien er steeds een doorkijk blijft tussen de woningen A, B, C en woning D.
Ook qua bezonning is er geen probleem, gezien de woningen ten westen gelegen zijn van de Laarhofstraat.
De opgelegde voorwaarden zorgen dat er een sociale controle is in en rond de woningen en wordt de link naar het gemeenschappelijke gedeelte en de straat gelegd.
Daarom zijn de voorgestelde werken ten aanzien van de aanpalende percelen en de natuurwaarden en de omgeving en het eigen perceel aanvaardbaar.
Bijkomend worden vanuit de gemeente preventieve maatregelen als voorwaarden bij de vergunning opgelegd, met oog op beperken van schade en netheid aan het openbaar domein ter hoogte van het perceel tijdens uitvoering van de werken:
● De vergunninghouder moet de openbare weg rein houden in de nabijheid van de bouwwerken. Eventuele schade aan het openbaar domein moet door de vergunninghouder worden hersteld. De gemeentelijke diensten voeren na het einde der werken de controle uit.
● Indien het openbaar domein ter hoogte van uw eigendom niet in goede staat is, dit vóór de aanvang van de werken enkele foto’s te bezorgen aan de gemeentelijke dienst Omgeving via ro@schelle.be, met daarbij een beknopte beschrijving en enkele foto’s van de staat van het openbaar domein.
Met oog op volledigheid van uw vergunning wordt als voorwaarde voor vergunning opgelegd:
● Ten minste 8 dagen voor de start van de werken de bouwlijn en hoogtepas te laten uitzetten door een beëdigd landmeter, en hiervan een door de landmeter opgemaakt verslag (inplantingsplan met aanduiding van de uitgezette bouwlijn en hoogtepas) aan de gemeentelijke dienst Omgeving via ro@schelle.be te bezorgen, zodanig dat dit bij het vergunningsdossier gevoegd kan worden.
● In geval de opgerichte constructie 'kleine afwijkingen' t.o.v. de omgevingsvergunning omvat, zoals bedoeld in de artikels 4.2.7. tot en met 4.2.13. van de VCRO, dan moet de architect die belast is met het toezicht op de uitvoering van de vergunde stedenbouwkundige handelingen een as-built attest, vergezeld van de nodige verduidelijkende as-built plannen, worden opgemaakt, en deze moeten ten laatste 8 dagen na het einde van de werken bezorgd worden aan het gemeentebestuur, zodat deze bij het vergunningsdossier gevoegd kunnen worden.
● In geval de opgerichte constructie afwijkingen t.o.v. de omgevingsvergunning omvat, die niet begrepen kunnen worden onder de toepassing van de artikels 4.2.7. tot en met 4.2.13. van de VCRO, dan moet hiervoor op basis van as-buitplannen een omgevingsvergunning bekomen worden. Indien deze afwijkingen betrekking hebben op de inplanting en/of bouwdiepte en hoogte van de constructie, dient dit opgemeten te worden door een landmeter-expert erkend door de federale raad van de landmeters-experten
Op basis van het decreet betreffende de omgevingsvergunning en latere wijzigingen, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en het verslag d.d. 07.01.2022 van de gemeentelijke omgevingsambtenaren, dat in het kader van deze beslissing wordt bijgetreden en eigengemaakt, wordt de gevraagde omgevingsvergunning voor Groepswoning project op een eigendom gelegen Biesaerdeweg 1, kadastraal gekend (afd. 1) sectie A 392 H en (afd. 1) sectie A 393 X4, onder voorwaarden verleend aan Christof Savoye namens NV PINE PROJECTS gevestigd te Eduard Pecberstraat 12/201 te 2000 Antwerpen, mits de vergunninghouder de hierna geformuleerde voorwaarden naleeft.
Beslist:
Eenparig goedgekeurd
Artikel 1:
De vergunninghouder is verplicht om gedurende 30 dagen de affiche uit te hangen, op het perceel waarop de beslissing van toepassing is, goed zichtbaar vanaf het openbaar domein. De start van het ophangen moet geschieden binnen een termijn van 10 dagen vanaf de dag van ontvangst van de beslissing. De vergunninghouder brengt de gemeente onmiddellijk op de hoogte van de startdatum van de aanplakking van de vergunning, met een foto van de affiche, waarop de datum van de foto-opname staat, per mail via ro@schelle.be. De sanctie bij niet-aanplakking is dat de beroepstermijn in hoofde van derden-belanghebbenden geen aanvang neemt, waardoor de vergunning onuitvoerbaar kan blijven.
Artikel 2:
De vergunninghouder is verplicht om de gemeente op de hoogte te brengen van de aanplakking van de bekendmaking van de omgevingsvergunning. De vergunningshouder dient dit bericht door te geven in uw dossier op www.omgevingsloket.be, per mail via ro@schelle.be, of per aangetekend schrijven op adres Fabiolalaan 55, 2627 Schelle.
Artikel 3:
De vergunning is uitvoerbaar binnen 35 dagen, te tellen vanaf de startdatum van de aanplakking, behalve indien de aanvrager binnen die 35 dagen op de hoogte werd gebracht van het instellen van een administratieve beroepsprocedure.
Artikel 4:
De vergunninghouder brengt het college van burgemeester en schepenen per beveiligde zending of mail op de hoogte van respectievelijk de start en het einde der werken, en dit ten laatste 8 dagen voor de respectievelijk start en einde van de werken, per mail via ro@schelle.be.
Artikel 5:
Met oog op volledigheid van de vergunning wordt opgelegd om ten minste 8 dagen voor de start van de werken de bouwlijn en hoogtepas te laten uitzetten door een beëdigd landmeter, en hiervan een door de landmeter opgemaakt verslag (inplantingsplan met aanduiding van de uitgezette bouwlijn en hoogtepas) aan de gemeentelijke dienst Omgeving via ro@schelle.be te bezorgen, zodanig dat dit bij het vergunningsdossier gevoegd kan worden.
Artikel 6:
Met oog op beperken van schade en netheid aan het openbaar domein ter hoogte van het perceel tijdens de uitvoering van de werken, wordt opgelegd dat de vergunninghouder de openbare weg rein moet houden in de nabijheid van de bouwwerken. Schade moet door de vergunninghouder hersteld worden, de gemeentelijke diensten voeren na het einde der werken de controle uit.
Artikel 7:
Met oog op beperken van schade en netheid aan het openbaar domein ter hoogte van het perceel tijdens de uitvoering van de werken, wordt opgelegd dat, indien het openbaar domein ter hoogte van uw eigendom niet in goede staat is, dit vóór de aanvang van de werken enkele foto’s te bezorgen aan de gemeentelijke dienst Omgeving via ro@schelle.be, met daarbij een beknopte beschrijving en enkele foto’s van de staat van het openbaar domein.
Artikel 8:
Met oog op recyclage en gecontroleerd omgaan met afval, moeten bij oplevering van de werf alle afbraak- en bouwmaterialen worden afgevoerd naar de daartoe bestemde stortplaatsen of recuperatie-eenheden. De voorwaarden uit het Besluit van de Vlaamse regering van 17/02/2012 (VLAREMA-besluit) en latere wijzigingen (Besluit van de Vlaamse Regering van 22/03/2019 tot wijziging van voornoemd besluit) dienen te worden nageleefd.
Artikel 9:
De vergunninghouder neemt akte van dat het vandaag verplicht is om alle gebouwen te voorzien van een gescheiden rioleringsstelsel, een hemelwaterput van minstens 5000 liter, een operationele hergebruikinstallatie voor functioneel hergebruik minstens voor toiletspoeling, een voldoende gedimensioneerde infiltratievoorziening. Ook is het vandaag verplicht om alle gebouwen te voorzien van (extensieve) groendaken, al dan niet in combinatie met één of meerdere van de voornoemde methodes. Gescheiden rioolaansluiting dient conform de richtlijnen van Pidpa – HidroRio te zijn. Voor rioleringswerken kan de vergunninghouder een afzonderlijke aanvraag tot (her-)aansluiting en keuring worden ingediend bij Pidpa Riolering via
www.pidpa.be/afvalwater/aansluiting/nieuwe-aansluiting , klant@pidpa.be , klantenservicenummer 0800/90.300.
Artikel 10:
De voorwaarden bij het brandpreventie-advies van de Brandweerzone Rivierenland, zoals bijgevoegd in bijlagen, strikt na te leven.
De toegangszone tot garage P1 en P2 dient bijkomend uitgevoerd te worden als opstelplaats voor de brandweervoertuigen. De ondergrond dient zo voorzien te worden dat deze het nodige draagvermogen heeft om de voertuigen van de brandweer te kunnen dragen.
De plannen worden aangepast en voorgelegd aan de brandweer vooraleer deze worden uitgevoerd.
Artikel 12:
De voorwaarden bij het advies van Pidpa – HidroRio, zoals bijgevoegd in bijlagen, strikt na te leven.
De bestaande gracht met het nog open te leggen gedeelte mag niet worden gebruikt als infiltratievoorziening.
Er moeten bijkomende wadi’s worden aangelegd per woning zoals lager beschreven. (punt 15)
Artikel 13:
De gemeente legt als voorwaarde op dat voor de gekoppelde woningen de muur tussen bureau en leefruimte niet mag geplaatst waardoor de leefruimte en het bureau als 1 doorlopende ruimte bestaat en waardoor de leefzone een interactie verkrijgt met het gemeenschappelijk gedeelte van het terrein.
Bij woning C moet er een groter raam worden aangebracht naar Biesaerdeweg om sociale interactie met Biesaerdeweg te verkrijgen…
Thv woning D dient een extra raam te worden voorzien aan de gevel die uitgeeft op het gemeenschappelijke gedeelte, om de interactie te bestendigen.
Plan met raam dient voor start der werken ter goedkeuring te worden overgemaakt aan stedenbouwkundige diensten.
Bij de bureau moet er een tweede raam dat uitgeeft op de biesaerdeweg cfr. woning C
Plan met de ramen en aanpassingen ivm de indeling dient voor start der werken ter goedkeuring te worden overgemaakt aan stedenbouwkundige dienst van de gemeente.
Artikel 14:
De gracht mag niet worden verplaatst en op eigen perceel aangelegd worden. Deze blijft liggen daar waar ze nu ligt. Het gedeelte dat nog open gelegd moet worden zal dan komen te liggen op de plaats aangegeven op de inplantingsplannen nieuwe toestand. Hierdoor is er geen probleem met de aansluiting op het aansluitpunt thv perceel 393y4.Voor gedeelte op publiek domein wordt herstelvordering gevraagd van de gracht, maar mist voorafgaandelijk overleg met technische dienst van de gemeente Schelle ifv precieze geplogenheden van uitvoering
Artikel 15:
Er moeten wadi’s aangebracht worden als infiltratievoorzieningen per woning.
De bestaande met het gedeelte nog open te leggen gracht mag niet gebruikt worden als infiltratie volgens het advies van Pidpa.
Per perceel moet daarom minstens een bovengronds wadi aangemengd worden (ondergrondse tanks of kratten worden niet aanvaard gezien deze niet werken in kleigrond (infiltratiegevoelige bodem). De wadi’s mogen gekoppeld worden tot 1 systeem over de percelen van de woningen heen.
De wadi’s moeten aan de buitenzijde van het perceel aangelegd worden om zeker te zijn dat het water van het perceel afwatert op eigen terrein en niet naar de buren of de weg stroomt.
De aanvrager dient vóór aanvang van de werken een aangepast watersysteembeheersplankaart over te maken aan de diensten van de gemeente.
Artikel 16:
De bomen die moeten worden aangeplant moeten inheems zijn met een minimale stamdiameter 20/25 met minimale hoogte 2.5m.
Artikel 17:
Mochten de bestaande riolering niet volstaan om de nieuwe woningen op aan te sluiten zal er een nieuwe riolering worden geplaatst op kosten van de aanvrager
Artikel 18:
Er dient voorafgaandelijk aan de aanvang van de werken en alternatief plan overgemaakt worden met aanduiding van alternatieve locaties voor bergingen B1 en B1 zodat deze wel voldoen aan de afstandsregels.
Artikel 19:
Alle platte daken moeten voorzien zijn van een groendak.
Artikel 20:
Er moet voor de aanvang van de werken een oriënterend bodem onderzoek worden uitgevoerd om uit te maken of de grond al dan niet vervuild is.
Als deze vervuild zou zijn, moet deze eerst behandeld worden volgens de geldende regelgeving. Daarna kunnen de werken pas uitgevoerd worden.
Artikel 21:
Volgens het advies van Pidpa afdeling drinkwater dient er één meterlokaal voorzien te worden waarin alle watermeters voor het gehele project geplaatst worden. Deze moet zich bevinden binnen de 75 meter haaks op de rooilijn met maximaal één bocht op het traject zodat Pidpa de waterdruk aan de watermeter kan garanderen.
De diameter van de aansluiting hangt af van het aantal watermeters, de vereiste debieten, brandweervoorschriften, …. Zodra u over deze gegevens beschikt kan u deze aan ons bezorgen en zal Pidpa nagaan welke netwerkaanpassingen eventueel nodig zijn om hieraan te voldoen.
De aanvrager dient vóór aanvang van de werken een aangepast plan met de inplanting van dit meterlokaal over te maken aan de diensten van de gemeente.
Artikel 22:
De gemeente gaat akkoord dat de oude haag ifv uniformiteitsredenen een nieuwe inheemse haagsoort (beukenhaag, liguster,…) wordt heraangeplant door de aanvragers gaande van de begrenzing met perceel 393y4 tot aan de parkeerzone voor de woningen (parking p5).
De as van de haag moet op min 75cm van de weg geplaatst worden.
Artikel 23:
Mochten de bestaande riolering niet volstaan om de nieuwe woningen op aan te sluiten zal er een nieuwe riolering worden geplaatst op kosten van de aanvrager
Artikel 24:
Voor gedeelte op publiek domein wordt herstelvordering gevraagd van de gracht, maar mist voorafgaandelijk overleg met technische dienst van de gemeente Schelle ifv precieze geplogenheden van uitvoering
Artikel 25:
De woningen mogen ook niet opgesplitst worden in private percelen. Dit project moet 1 geheel blijven vormen met privatieve delen en een gemeenschappelijk gedeelte.
Register der bekendmakingen
Deze webpagina vormt het openbare register van gemeentelijke reglementen en verordeningen, in overeenstemming met het besluit van de Vlaamse regering van 28 april 2023 betreffende de bekendmakingen en raadpleegbaarheid van besluiten en documenten van het lokale bestuur met betrekking tot de manier waarop ze moeten worden bijgehouden.
Wanneer een publicatie wordt uitgevoerd, zal er een expliciete "bundel" van het document worden opgeslagen. Op dat moment is het document inhoudelijk niet meer aanpasbaar door de gebruiker.
Deze "bundel" bestaat uit:
De inhoud van de publicatie op het moment dat deze werd uitgevoerd.
Een unieke identificatie van de gebruiker die de actie heeft uitgevoerd.
De tijdstempel waarop de actie heeft plaatsgevonden.
Al deze gegevens staan in een aparte publicatie omgeving die beveiligd en toegankelijk is voor een beperkt aantal personen.