Het college,
1.INHOUD VAN DE AANVRAAG
Stedenbouw / stedenbouwkundige handelingen
● Het verbouwen en omvormen van een bestaand handelsgelijkvloers. Het betreft een regularisatie, gezien er al een deel van de werken reeds werden uitgevoerd.
Milieu / ingedeelde inrichtingen of activiteiten
Volgende rubrieken worden aangevraagd:
Rubriek | Omschrijving | Gevraagd voor |
16.3.2°a) | Koelinstallaties en warmtepompen met een totaal geïnstalleerd vermogen van 23,266 kW (Nieuw) | 23,266 kW |
2. BEOORDELING VAN DE AANVRAAG
Beoordeling stedenbouw: stedenbouwkundige handelingen
2.1. Afwijkingen op de voorschriften en/of op de goede ruimtelijke ordening
Niet van toepassing op deze aanvraag. Er worden geen afwijkingen vastgesteld.
Er moet wel opgemerkt worden dat ondanks dat de titel van een aantal documenten toegevoegd aan de aanvraag vermelden dat er een unaniem akkoord is over bepaalde items, dat niet alle mede-eigenaars deze documenten hebben ondertekend, waardoor dit absoluut niet een unanieme beslissing is.
Ook zijn er een aantal documenten toegevoegd met de titel: “210703 Addendum B26a verantwoordingsnota NAAM mede-eigenaar”. Dit zijn de plaatsbeschrijvingen van de verschillende appartementen van deze mede-eigenaars. Deze hebben in de vergunning geen enkele waarde gezien dit een document is met de beschrijving van eventuele schade aan de appartementen van de mede-eigenaars. De eventueel aanwezig schade zou moeten zichtbaar zijn op de in de documenten aanwezige foto’s, zonder enige beschrijving van de schade.
Op de meeste foto’s is echter geen schade zichtbaar, waardoor er vanuit gegaan kan worden dat er op die plaatsen geen schade aanwezig is.
De reden waarom deze zijn toegevoegd in dit dossier is niet gekend.
Met deze stukken zal dan ook geen enkele rekening worden gehouden.
2.2. Beoordeling van de adviezen
Externe adviezen
Het advies van Toegankelijk Vlaanderen, bijgevoegd in bijlage, is voorwaardelijk gunstig. Het advies wordt onderbouwd met specifieke regelgeving, waardoor dit advies dus onder de toepassing van VCRO art.4.3.3. “direct werkende normen” valt.
Het CBS moet dit advies dus verplicht volgen; de voorwaarden bijgevoegd in bijlage moeten dus bij de vergunning opgelegd worden.
Het advies luidt als volgt:
Evacuatie bij brand:
De evacuatie van personen met een beperking bij brand dient door de ontwerper besproken met de plaatselijke brandweer en worden voorzien overeenkomstig het wijzigingsbesluit van 12 juli 2012 tot vaststelling van de basisnormen voor de preventie van brand en ontploffing waaraan de nieuwe gebouwen moeten voldoen.
Het advies van Provinciale en Intercommunale Drinkwatermaatschappij der provincie Antwerpen - Distributie leidingen, bijgevoegd in bijlage, is voorwaardelijk gunstig. Het advies wordt onderbouwd met specifieke regelgeving, waardoor dit advies dus onder de toepassing van VCRO art.4.3.3. “direct werkende normen” valt.
Het CBS moet dit advies dus verplicht volgen; de voorwaarden bijgevoegd in bijlage moeten dus bij de vergunning opgelegd worden.
Er is geen uitbreiding nodig van het distributienet in de openbare weg. De ontwikkeling is aansluitbaar op de
bestaande hoofdleiding van het drinkwaternet.
Zodra de bouwvergunning wordt afgeleverd kan een aansluiting op ons drinkwaternet worden aangevraagd via
https://www.pidpa.be/ons-aanbod/drinkwater/nieuwe-aansluiting.
Alle informatie en voorwaarden op technisch en administratief vlak kunt u terugvinden op onze
website: https://www.pidpa.be/ons-aanbod/drinkwater
Beoordeling:
Het advies is gunstig, mits er voldaan wordt aan de bovenstaande te volgen richtlijnen, voorwaarden en
regelgeving.
Gelieve na het afleveren van de vergunning ons hiervan afschrift te bezorgen.
Het advies van Provinciale en Intercommunale Drinkwatermaatschappij der provincie Antwerpen - Riolering, bijgevoegd in bijlage, is voorwaardelijk gunstig. Het advies wordt onderbouwd met specifieke regelgeving, waardoor dit advies dus onder de toepassing van VCRO art.4.3.3. “direct werkende normen” valt.
Het CBS moet dit advies dus verplicht volgen; de voorwaarden bijgevoegd in bijlage moeten dus bij de vergunning opgelegd worden.
Betreffende de aan te leggen rioleringsinfrastructuur aangaande de bovenvermelde adviesaanvraag kunnen
wij u meedelen:
1. Beschrijvend gedeelte:
1.a. Van toepassing zijnde regelgeving:
- Het reglement voor de aanleg van rioleringsinfrastructuur in ontwikkelingen, goedgekeurd door de gemeenteraad en vermeld op de website van Pidpa: www.pidpa.be bij 'afvalwater en riolering/ontwikkelingen'.
- De gewestelijke stedenbouwkundige verordening van 5 juli 2013 inzake hemelwaterputten,
infiltratievoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater.
- Het Vlaams reglement houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne (VLAREM)
- De “Basisvoorwaarden voor het rioleringsbeheer” Pidpa-Riolering (zie website www.pidpa.be).
- Het Algemeen waterverkoopreglement (zie website www.pidpa.be).
- Het Bijzonder Waterverkoopreglement (zie website www.pidpa.be).
- De code van goede praktijk voor het ontwerp, de aanleg en het onderhoud van rioleringssystemen.
- Deze lijst is niet limitatief.
1.b. Ligging volgens het zoneringsplan:
- De ontwikkeling is gelegen in het centrale gebied met reeds bestaande aansluiting op een zuiveringsstation (oranje gearceerd);
1.c. Weerhouden geval volgens het ontwikkelingsreglement:
- De ontwikkeling ligt in centraal gebied, grenzend aan centraal gebied of in geoptimaliseerd buitengebied en er zijn enkel beperkte rioleringswerken en bijhorend sleufherstel van de bestaande wegenis binnen het openbaar domein en valt dus onder de specifieke voorwaarden van het geval A.2. van het ontwikkelingsreglement.
1.d Weerhouden bepalingen volgens het ontwikkelingsreglement:
- Pidpa bepaalt welke rioleringsinfrastructuur voorzien moet worden door de ontwikkelaar en maakt hiervoor eventueel een offerte over aan de ontwikkelaar.
- De werken worden uitgevoerd door Pidpa of een door Pidpa aangestelde aannemer. Dit kan slechts na betaling van de in de offerte vermelde, geraamde kostprijs.
- Onvoorziene omstandigheden tijdens uitvoering van de werken die aanleiding geven tot een stijging van de kosten worden eveneens aangerekend aan de ontwikkelaar.
2. Voorwaarden: (onverminderd de bepalingen uit het ontwikkelingsreglement)
2.a. Specifieke voorwaarden:
- De DWA-afvoer en de RWA-afvoer dienen aangesloten te worden op de gemengde riolering in de Provinciale Steenweg of Peperstraat. Hiertoe dient de bestaande rioolaansluiting van het gebouw herbruikt te worden.
- De regenwaterput met een inhoud van 20000 liter voldoet aan de bijgevoegde aanstiplijst hemelwater
blijft behouden.
- De regenwaterput dient voorzien te zijn van effectief hergebruik van regenwater.
- Appartementsterrassen dienen te worden aangesloten op het RWA-stelsel.
- De afvoer van het hemelwater afkomstig van de onoverdekte inrithelling naar de ondergrondse parkeergarage dient te worden aangesloten op de RWA.
- Een voldoende gedimensioneerde (volgens 'Waterwegwijzer bouwen en verbouwen') en goed werkende voorbehandelingsinstallatie (septische put) op de afvoer van de toiletten is verplicht (de bestaande put van 10500 liter blijft behouden).
- Eén DWA-huisaansluitputje ter hoogte van elke (toekomstige) overgang van privéwaterafvoer naar het (toekomstig) openbaar saneringsnetwerk is verplicht.
- De bestaande rioolaansluiting dient herbruikt te worden. Tijdens de werkzaamheden dient deze aansluiting op een degelijke wijze afgesloten te worden, zodat er geen onnodig vuil, zand, afval… in de riolering kan terechtkomen. Nieuwe of extra aansluitingen (op een andere locatie of met een grotere diameter) zijn ten laste van de aanvrager. Deze dienen aangevraagd te worden bij Pidpa-Riolering.
- Eén RWA-huisaansluitputje ter hoogte van elke toekomstige overgang van privéwaterafvoer naar het openbaar saneringsnetwerk is verplicht.
- De huisaansluitputjes, de plaatsing ervan en de aansluiting op de riolering zijn ten laste van de ontwikkelaar. De putjes dienen maximaal 1m uit elkaar geplaatst te worden en minimaal 0,5m.
- Standaard huisaansluiting: een huisaansluiting met een diameter van 160mm waarbij de bovenkant van de buis maximum 50cm onder het maaiveld ligt ter hoogte van de rooilijn.
- De aansluitingen dienen aangevraagd te worden bij Pidpa-Riolering (www.pidpa.be).
- Dossierkost
o Er dient door de ontwikkelaar een éénmalige dossierkost betaald te worden van € 500,00 euro (excl. BTW), zoals vermeld in punt 2.b. en conform artikel 5 van het ontwikkelingsreglement (deze dossierkost dient betaald te worden nadat de vergunning werd afgeleverd).
2.b. Algemene voorwaarden:
- De dossierkost, conform artikel 5 van het ontwikkelingsreglement, dient betaald te worden nadat Pidpa in kennis werd gesteld van het afleveren van de vergunning. Deze dossierkost wordt door Pidpa rechtstreeks aan de ontwikkelaar gefactureerd. Deze dossierkost staat volledig los van een eventuele offerte voor het uitvoeren van werken door Pidpa.
- Voor elke aansluiting op de riolering (dus ook op bestaande wachtaansluitingen/huisaansluitputjes) dient een aanvraag gericht te worden aan Pidpa-Riolering.
- Bij een bemaling is het verplicht een zandvang en een debietsmeter te plaatsen.
- De keuring van de afvoer van de privéwaterafvoer is verplicht:
o bij nieuwbouw of herbouw
o bij het realiseren van een bijkomende aansluiting of het plaatsen van een IBA
o bij de aanleg van een gescheiden riolering op het openbaar domein tenzij er een conform keuringsattest kan voorgelegd worden van nieuw- of herbouw dat niet ouder is dan 5 jaar
3. Beoordeling:
Het advies is voorwaardelijk gunstig, er dient voldaan te worden aan de bovenstaande te volgen richtlijnen, voorwaarden en regelgeving.
Gelieve na het afleveren van de vergunning ons hiervan afschrift te bezorgen.
Het advies van Hulpverleningszone Rivierenland - Preventiedienst, bijgevoegd in bijlage, is voorwaardelijk gunstig. Het advies wordt onderbouwd met specifieke regelgeving, waardoor dit advies dus onder de toepassing van VCRO art.4.3.3. “direct werkende normen” valt.
Het CBS moet dit advies dus verplicht volgen; de voorwaarden bijgevoegd in bijlage moeten dus bij de vergunning opgelegd worden.
1. SAMENVATTING
Advies van de brandweer op basis van de voorgelegde plannen en beschikbare informatie:
Gunstig advies
De burgemeester kan de voorlopige sluiting bevelen van inrichtingen indien de veiligheid van de gebruikers niet gewaarborgd kan worden.
2. GEGEVENS
A. OBJECT
Inrichting : Residentie Scaldis
Functie : RESIDENTIEEL - meergezinswoning
Adres : Peperstraat 1, 2627 Schelle
Kadastrale gegevens
B. AANVRAGER
Aanvrager: Manextenso
Adres: Koekoekstraat 72, 2627 Schelle
E-mail: manextenso@skynet.be
C. ONTWERPER
Ontwerper/architect: AH Architectuur
Adres: Antwerpsesteenweg 124/35, 2630 Aartselaar
GSM: 0477/543.38.36
E-mail: hn-as@ah-ar.be
D. GEGEVENS
Aantal toegelaten personen: 46 Bepaald door exploitant
(Dit opgegeven getal ligt tussen het theoretisch berekende minimum en maximum aantal personen)
Categorie: Categorie 2: 10 ≤ aantal personen ≤ 49
3. BESCHRIJVING VAN HET GEBOUW
Het gebouw (meergezinswoning met handelsruimte en ondergrondse parking) werd vergund in 2011 en gebouwd in 2013 en 2014.
De aanvraag voorziet een functiewijziging van twee gelijkvloerse ruimtes voor gemengd gebruik naar een unit voor praktijkruimte (Provinciale steenweg 78) en een Horeca unit / broodjeszaak (Peperstraat 1).
Unit 1 (praktijkruimte) heeft een oppervlakte van 58m².
Unit 2 (horeca) heeft een oppervlakte van 132m² en voorziet 32 zitplaatsen. De publiek toegankelijke oppervlakte bedraagt 92m².
De verbouwing beperkt zich tot het gelijkvloers en tot het maken van twee deuropeningen in een dragende muur, drie openingen in de achtergevel die kleiner worden en het maken van een opening voor de dampkap.
Beide handelspanden zijn volledig van elkaar gescheiden en hebben elk een rechtstreekse inkom vanaf de straat. Deze buitendeuren hebben een nuttige breedte van 95cm en draaien open tegen vluchtzin.
De toegang tot de bovenliggende appartementen en tot de ondergrondse parking gebeurt volledig onafhankelijk van de handelspanden.
Voorziene brandvoorzorgsmaatregelen volgens het ingediende dossier:
- Brandmelding is voorzien in het volledige gebouwen
- Autonome rookmelders in horeca en praktijkruimte
- Veiligheidsverlichting volgens EN 1838
- 2 brandblussers voorzien in de horeca en 1 in de prakrijkruimte
- Branddeken in de keuken
- Signalisatie van uitgangen en brandblussers
- Zelfsluitende deur EI130 tussen de horeca ruimte en het technisch lokaal
4. REGLEMENTERING
De voorgelegde plannen dienen te beantwoorden aan de geldende reglementering:
- Politieverordening houdende maatregelen tot het voorkomen en bestrijden van brand in publiek toegankelijke inrichtingen.
- 7 JULI 1994 – Koninklijk Besluit tot vaststelling van de basisnormen voor de preventie van brand en ontploffing waaraan nieuwe gebouwen moeten voldoen [en latere wijzigingen].
- Algemeen Reglement voor de Arbeidsbescherming (ARAB) en de Codex over het Welzijn op het Werk, in het bijzonder Boek 3. Arbeidsplaatsen
5. BEMERKINGEN
Het gebouw moet minimaal aan alle eisen voldoen wat betreft de opvatting, de bouw en de inrichting ervan om:
- Het ontstaan, de ontwikkeling en de voortplanting van brand en rook te voorkomen;
- De veiligheid van de aanwezigen te waarborgen zodat ze in alle omstandigheden op een veilige wijze het gebouw kunnen verlaten;
- Preventief het ingrijpen van de brandweer te vergemakkelijken;
- De structurele elementen hun functie te laten behouden.
De opgesomde bemerkingen zijn niet van beperkende aard op de bestaande voorschriften en bepalingen die van toepassing kunnen zijn. De verantwoordelijke dient de geldende reglementering na te leven. Op basis van de ingediende plannen worden volgende bemerkingen gemaakt met betrekking tot de geldende reglementering(en).
BIJLAGE 2 – CATEGORIE 2
4. Constructievoorschriften voor technische ruimten
4.2. Kookgelegenheden
4.2.1. Geen specifieke voorschriften voor kitchenettes.
4.2.2. Frituurtoestellen bevinden zich op minstens 2 m van een evacuatieweg of zijn uitgerust met een vaste automatische blusinstallatie, welke gekoppeld is aan een mechanisme dat de toevoer van energie naar het toestel onderbreekt bij het in werking treden van de blusinstallatie.
AANDACHTSPUNT
Aandachtspunt voor de plaatsing van frituurtoestellen, indien van toepassing.
BASISNORMEN
Geen bemerkingen.
ARAB en CODEX
ARAB en CODEX bevatten bepalingen ten gevolge van het tewerkstellen van personeel. Brandweer merkt op dat de werkgever de verplichtingen moet nakomen en dat de controle berust bij de daartoe bevoegde ambtenaren.
6. CONTROLE VOOR INGEBRUIKNAME
Alvorens de publiek toegankelijke inrichting geheel of gedeeltelijk in gebruik te nemen, is een controlebezoek van de brandweer aan te vragen teneinde een brandveiligheidsattest te bekomen. De aanvrager dient het online aanvraagformulier in te vullen, dit kan via volgende link: https://rivierenland.brandweerzone.be/pagina/aanvraag-voorbespreking-advies-of-inspectie-10685 Volgende zaken dienen voorgelegd tijdens het inspectiebezoek:
- Oorspronkelijke plannen stedenbouwkundige vergunning
- As built dossier
- Keuringsverslagen en attesten van technische installaties (voor zover van toepassing volgens de van kracht zijnde reglementering) o.a.:
o Elektrische installatie
o Veiligheidsverlichting conform EN 1838
o Branddetectie-installatie, alarminstallatie
o Gasinstallatie (gasdichtheid)
o Verwarmingsinstallatie (verbrandings- en reinigingsattest)
o Gasdetectie
o Brandbestrijdingsmiddelen (brandblussers, muurhaspels, automatische blusinstallatie)
o Branddeuren (plaatsingsattest)
7. RETRIBUTIE
Voor het afleveren van dit verslag wordt een retributie geïnd volgens het zonaal retributiereglement. Hiervoor zal de aanvrager een factuur ontvangen. Het retributiereglement is beschikbaar op www.brandweerzonerivierenland.be .
8. BESLUIT
Gunstig advies
De ingediende plannen voldoen aan de brandveiligheidsmaatregelen. Bij eventuele wijzigingen die invloed kunnen hebben op de brandveiligheid dient de brandweerdienst telkens opnieuw te worden geraadpleegd.
2.3. Functionele inpasbaarheid
Voorliggende aanvraag betreft een functiewijziging van twee units voor gemengd gebruik naar een unit voor praktijkruimte en een unit voor horeca en verbouwing van de handelsgelijkvloers op een perceel in woongebied.
De gevraagde functie betreft een praktijkruimte en unit voor horeca De bestaande directe omgeving wordt gekenmerkt door een mix van handelspanden, ééngezinswoningen, en meergezinswoningen. Daarom is de voorgestelde functie in principe inpasbaar in de directe omgeving.
2.4. Mobiliteitsimpact
De aanvraag voorziet een functiewijziging van twee units voor gemengd gebruik naar een unit voor praktijkruimte en een unit voor horeca en verbouwing van de handelsgelijkvloers. Er worden geen wijzigingen aangebracht ivm parkeren / oprit / fietsen / garage / autogebruik van de bewoners.
De site is gelegen in het centrum van de gemeente.
Daardoor is er genoeg parkeerplaats voorzien in de omgeving om de eventuele parkeerdruk van de horeca unit op te vangen.
Niet elke zaak in het centrum is verplicht om de nodige parkeerplaatsen zelf te voorzien op eigen perceel. Anders was het voor een groot aantal zaken, niet mogelijk om een zaak te vestigen op bepaalde plaatsen in de gemeente.
Parkeren is enkel mogelijk op de correcte parkeerplaatsen in de buurt.
De verkeersbewegingen bestaan hoofdzakelijk uit klantenbezoek. De broodjeszaak zal geopend zijn van 7.30 u tot 17.30 u. Op piekmomenten kunnen tot 46 klanten gelijktijdig in de zaak aanwezig zijn. De klanten zullen zowel met de auto, met de fiets en te voet komen. Vooraan het gebouw is parkeergelegenheid voorzien op het openbare domein, achteraan het gebouw zijn eveneens parkings aanwezig in de De Keyserstraat. De ondergrondse parkeergarage is voorbehouden voor bewoners van de appartementen. Leveringen gebeuren gemiddeld 1 keer per maand. De praktijkruimte zal gemiddeld 10 patiënten per dag ontvangen.
De transportroutes verlopen via de Provinciale Steenweg en de Fabiolaaan waartussen de inrichting gelegen is.
De 2 aanwezig parkeerplaatsen op de gelijkvloerse verdieping die voorzien zijn als mindervalidenparking moeten terug in de oorspronkelijke staat worden hersteld. De aanwezige nummerplaten mogen enkel worden behouden indien de eigenaars van deze wagens in het bezit zijn van een geldige mindervaliden parkeerkaart. Deze parkings mogen enkel voor mindervaliden worden gebruikt en niet voor een of andere tijdelijke parkeer plaats voor het lossen van goederen en dergelijke.
Daarom is de voorgestelde impact op de mobiliteit in de omgeving en het perceel aanvaardbaar, mits voldaan is aan de vermelde voorwaarden. .
2.5. Schaal
Niet van toepassing. Het gabarit / bouwvolume blijft ongewijzigd.
2.6. Ruimtegebruik en bouwdichtheid
Niet van toepassing. Op het perceel worden geen bijkomende constructies / verhardingen / ruimte-inname voorzien.
2.7. Visueel-vormelijke aspecten
Niet van toepassing. De aanvraag voorziet geen wijzigingen aan het uiterlijk van de constructie / verharding / perceel.
2.8. Cultuurhistorische aspecten
Niet van toepassing. De aanvraag omvat geen cultuurhistorische of erfgoed gerelateerde elementen.
2.9.Bodemreliëf / Milieu
Beoordeling milieu: exploitatie van ingedeelde inrichtingen of activiteiten
Inleiding
Op 23.02.2017 trad het omgevingsvergunningsdecreet en haar uitvoeringsbesluiten in werking. Het Omgevingsvergunningsdecreet en haar uitvoeringsbesluiten leggen de procedures vast met betrekking tot de omgevingsvergunning. De omgevingsvergunning verenigt en vervangt de stedenbouwkundige vergunning (stedenbouwkundige handelingen en het verkavelen van gronden) en de milieuvergunning. Toch blijven:
Dit advies omvat een toetsing aan de milieubepalingen vervat in het DABM en Vlarem II en III.
Juridisch kader
Decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning (Omgevingsvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten.
Besluit van 27 november 2015 van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning (Omgevingsvergunningsbesluit), zoals gewijzigd bij latere besluiten.
Titel 5 van het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid (DABM) en de bijhorende uitvoeringsbesluiten.
Besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne (Vlarem II), zoals gewijzigd bij latere besluiten.
Decreet van 21 oktober 1997 betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu (Natuurdecreet) en de bijhorende uitvoeringsbesluiten.
Decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, het besluit van de Vlaamse Regering d.d. 15 juni 2018 houdende de coördinatie van de waterregelgeving en de bijhorende uitvoeringsbesluiten.
Besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstantie en tot vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets.
Waterwetboek van 1 januari 2019 (en latere wijzigingen) houdende gecodificeerde decreten betreffende het integraal waterbeleid.
De Blue Deal van 28 juli 2020 houdende plan van de Vlaamse Regering om de strijd tegen droogte en waterschaarste structureel aan te pakken.
Vergunningsaanvraag
Deze omgevingsvergunningsaanvraag heeft betrekking op enerzijds vergunningsplichtige stedenbouwkundige handelingen en anderzijds de exploitatie van een nieuwe klasse 3 inrichting gelegen aan de Peperstraat 1 te Schelle (afdeling 1, sectie A, perceelnr. 208T2),
omvattende:
- 16.3.2.a.: koelinstallaties en koude-warmtepompen met een geïnstalleerde totale drijfkracht van 23,27 kW, waarvan 4 warmtepompen, een koelgroep, flessenfrigo, diepvrieskast en 2 koelkasten
Bemerkingen m.b.t. de in de aanvraag opgenomen rubrieken
Rubrieken 16.3.2, 53.6 en 55.1.2 koude-warmtepompen
Koude-warmtepompen met een geïnstalleerde totale drijfkracht van 5 kW of meer zijn ingedeeld en meldings- of vergunningsplichtig. Er zijn soorten koude-warmtepompen met grondboringen, waarop tevens rubriek 53 of 55 van toepassing is. In deze aanvraag wordt geen melding gemaakt van verticale boringen en/of gebruik van (grond)water, derhalve is enkel rubriek 16 voor de koeling van toepassing. Het aangevraagd elektrisch vermogen bedraagt 23,266 kW conform de vermogens zoals opgenomen in de bijgevoegde technische fiches.
Bodem
In beide units zullen geen gevaarlijke producten opgeslagen worden. Er zullen geen emissies naar de bodem toe kunnen ontstaan.
Lucht
De niet-ingedeelde stookinstallatie, aanwezig in de praktijkruimte, dient op regelmatige basis onderhouden te worden zodanig dat luchtemissies worden voorkomen of tot een absoluut minimum worden beperkt. Verwarming van de units gebeurt met behulp van warmtepompen. De vervoersbewegingen van en naar de units zullen onlosmakelijk beperkte verkeersemissies met zich meebrengen. Gezien de schaal van de activiteiten zullen de effecten op de luchtkwaliteit niet aanzienlijk zijn.
Afvalwater
Volgens het zoneringsplan is de inrichting gelegen in centraal gebied. D.w.z. dat er riolering aanwezig is waarop aangesloten dient te worden.
Er is enkel lozing van niet-ingedeeld huishoudelijk afvalwater afkomstig van de sanitaire voorzieningen van beide units en de keuken van de broodjeszaak. Het wordt geloosd op de openbare riolering. De exploitant plaatst een vetafscheider, zodanig dat het afvalwater van de keuken eerst de vetafscheider passeert alvorens het geloosd wordt. Het totale debiet bedraagt maximaal 475 m3/jaar.
Geluid
De buitenunits van de aanwezige warmtepompen worden in de kelder van het gebouw geïnstalleerd. Rekening houdende met de woningen in de buurt en de mogelijke geluidshinder dienen de installaties van het geluidarme type te zijn én dienen deze te worden voorzien van een geluidsomkasting.
De vervoersbewegingen van en naar het bedrijf zullen beperkte geluidshinder voortbrengen.
Biodiversiteit
De inrichting is gelegen op ca. 928 m van habitatrichtlijngebied ‘Schelde- en Durmevstuarium van de Nederlandse grens tot Gent’, op ca. 1,37 km van vogelrichtlijngebied ‘Durme en de middenloop van de Schelde’ en/of op ca. 480 m van VEN/IVON-gebied ‘’Het Kleidaal’.
Gezien de beperkte omvang wordt bijgevolg verwacht dat er ten gevolge van deze inrichting geen nadelige effecten te verwachten zijn: er is geen ruimtebeslag t.o.v. de speciale beschermingszones (SBZ), er zijn geen of beperkte emissies én er is geen bronbemaling en/of grondwaterwinning.
De aanvraag voorziet geen reliëfwijzigingen.
2.10. Hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen
De aanvraag omvat een functiewijziging van twee units voor gemengd gebruik naar een unit voor praktijkruimte en een unit voor horeca en verbouwing van de handelsgelijkvloers.
Bij het slopen van de gebouw kan er hinder (geluid, trilling, stof, …) ontstaan. Dit moet tot een minimum beperkt worden. Indien er asbest aanwezig is, moet dit gebeuren volgens de geldende normen voor het verwijderen van asbest.
Enkel als het hecht gebonden asbest in goede staat is, mag het zelf verwijderd worden, anders moet het verwijderd worden door een gespecialiseerde en erkende asbest verwijderaar.
Mits er voldaan wordt aan deze voorwaarden, kan worden voldaan aan het voorkomen van de eventuele hinderaspecten.
De plaatsing van de ventilatie/condensator units boven de parkeerplaats 1 in de kelder is mindergoed gekozen.
Bij het uitstappen kan dit problemen geven voor de inzittenden van de wagen. Daarom is het beter dat deze units op een andere plaats worden voorzien zodat deze geen hinder veroorzaken bij het parkeren. Indien dit niet mogelijk is in de kelder moeten deze verplaatst worden naar het dak. De voorwaarden ivm het geluid worden behandeld in het milieu luik van deze vergunning.
De opening voor de afvoer van de dampkap is op een ongelukkige plaats voorzien. Door deze onder een terras in de achtergevel te plaatsen kan de lucht moeilijk verspreiden waardoor de geur ter plaatse blijft hangen.
Daarom mag deze niet op de achtergevel geplaatst worden en moet deze verplaatst worden naar het dak. De afvoer kan via koker 1 naar het dak worden geleid. Daar dient de afvoer voldoende hoog boven het dak uitsteken (min 1.50m), zodat de geur kan verspreid worden door de luchtcirculatie.
Voor de horeca ruimte is er geen enkel plaatst voorzien voor stockage van de voorraad en het afval.
Dit moet voorzien worden in de unit zelf.
Hiervoor moet er een aparte afgesloten ruimte worden gecreëerd van minimum 5 m² die voldoet aan de brandnormen en de ventilatienormen (zowel boven als onder ventilatie te voorzien). Hiervoor moet ook een apart advies worden aangevraagd bij de brandweer gezien dit een wijziging is van de plannen.
Daarom zijn de voorgestelde werken ten aanzien van de aanpalende percelen en de natuurwaarden en de omgeving en het eigen perceel aanvaardbaar, mits rekening wordt gehouden met de opgelegde voorwaarden.
Bijkomend worden vanuit de gemeente preventieve maatregelen als voorwaarden bij de vergunning opgelegd, met oog op beperken van schade en netheid aan het openbaar domein ter hoogte van het perceel tijdens uitvoering van de werken:
● De vergunninghouder moet de openbare weg rein houden in de nabijheid van de bouwwerken. Eventuele schade aan het openbaar domein moet door de vergunninghouder worden hersteld. De gemeentelijke diensten voeren na het einde der werken de controle uit.
● Indien het openbaar domein ter hoogte van uw eigendom niet in goede staat is, dit vóór de aanvang van de werken enkele foto’s te bezorgen aan de gemeentelijke dienst Omgeving via ro@schelle.be, met daarbij een beknopte beschrijving en enkele foto’s van de staat van het openbaar domein.
Met oog op volledigheid van uw vergunning wordt als voorwaarde voor vergunning opgelegd:
● Ten minste 8 dagen voor de start van de werken de bouwlijn en hoogtepas te laten uitzetten door een beëdigd landmeter, en hiervan een door de landmeter opgemaakt verslag (inplantingsplan met aanduiding van de uitgezette bouwlijn en hoogtepas) aan de gemeentelijke dienst Omgeving via ro@schelle.be te bezorgen, zodanig dat dit bij het vergunningsdossier gevoegd kan worden.
● In geval de opgerichte constructie 'kleine afwijkingen' t.o.v. de omgevingsvergunning omvat, zoals bedoeld in de artikels 4.2.7. tot en met 4.2.13. van de VCRO, dan moet de architect die belast is met het toezicht op de uitvoering van de vergunde stedenbouwkundige handelingen een as-built attest, vergezeld van de nodige verduidelijkende as-built plannen, worden opgemaakt, en deze moeten ten laatste 8 dagen na het einde van de werken bezorgd worden aan het gemeentebestuur, zodat deze bij het vergunningsdossier gevoegd kunnen worden.
● In geval de opgerichte constructie afwijkingen t.o.v. de omgevingsvergunning omvat, die niet begrepen kunnen worden onder de toepassing van de artikels 4.2.7. tot en met 4.2.13. van de VCRO, dan moet hiervoor op basis van as-buitplannen een omgevingsvergunning bekomen worden. Indien deze afwijkingen betrekking hebben op de inplanting en/of bouwdiepte en hoogte van de constructie, dient dit opgemeten te worden door een landmeter-expert erkend door de federale raad van de landmeters-experten
Op basis van het decreet betreffende de omgevingsvergunning en latere wijzigingen, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid en latere wijzigingen en het verslag d.d. 11.02.2022 van de gemeentelijke omgevingsambtenaren, dat in het kader van deze beslissing wordt bijgetreden en eigengemaakt, wordt de gevraagde omgevingsvergunning voor Een functiewijziging van twee units voor gemengd gebruik naar een unit voor praktijkruimte en een unit voor horeca en verbouwing van de handelsgelijkvloers op een eigendom gelegen Peperstraat 1, Provinciale Steenweg 78 en 80, kadastraal gekend (afd. 1) sectie A 208 T2, onder voorwaarden verleend aan Bert Niclaes namens BV LIZ-A gevestigd te Peperstraat 1 te 2627 Schelle en Bert Niclaes namens BVBA MANEXTENSO gevestigd te Koekoekstraat 72 te 2627 Schelle, mits de vergunninghouder de hierna geformuleerde voorwaarden naleeft.
Beslist:
Eenparig goedgekeurd
Artikel 1:
De vergunninghouder is verplicht om gedurende 30 dagen de affiche uit te hangen, op het perceel waarop de beslissing van toepassing is, goed zichtbaar vanaf het openbaar domein. De start van het ophangen moet geschieden binnen een termijn van 10 dagen vanaf de dag van ontvangst van de beslissing. De vergunninghouder brengt de gemeente onmiddellijk op de hoogte van de startdatum van de aanplakking van de vergunning, met een foto van de affiche, waarop de datum van de foto-opname staat, per mail via ro@schelle.be. De sanctie bij niet-aanplakking is dat de beroepstermijn in hoofde van derden-belanghebbenden geen aanvang neemt, waardoor de vergunning onuitvoerbaar kan blijven.
Artikel 2:
De vergunninghouder is verplicht om de gemeente op de hoogte te brengen van de aanplakking van de bekendmaking van de omgevingsvergunning. De vergunningshouder dient dit bericht door te geven in uw dossier op www.omgevingsloket.be, per mail via ro@schelle.be, of per aangetekend schrijven op adres Fabiolalaan 55, 2627 Schelle.
Artikel 3:
De vergunning is uitvoerbaar binnen 35 dagen, te tellen vanaf de startdatum van de aanplakking, behalve indien de aanvrager binnen die 35 dagen op de hoogte werd gebracht van het instellen van een administratieve beroepsprocedure.
Artikel 4:
De vergunninghouder brengt het college van burgemeester en schepenen per beveiligde zending of mail op de hoogte van respectievelijk de start en het einde der werken, en dit ten laatste 8 dagen voor de respectievelijk start en einde van de werken, per mail via ro@schelle.be.
Artikel 5:
Met oog op beperken van schade en netheid aan het openbaar domein ter hoogte van het perceel tijdens de uitvoering van de werken, wordt opgelegd dat de vergunninghouder de openbare weg rein moet houden in de nabijheid van de bouwwerken. Schade moet door de vergunninghouder hersteld worden, de gemeentelijke diensten voeren na het einde der werken de controle uit.
Artikel 6:
Met oog op beperken van schade en netheid aan het openbaar domein ter hoogte van het perceel tijdens de uitvoering van de werken, wordt opgelegd dat, indien het openbaar domein ter hoogte van uw eigendom niet in goede staat is, dit vóór de aanvang van de werken enkele foto’s te bezorgen aan de gemeentelijke dienst Omgeving via ro@schelle.be, met daarbij een beknopte beschrijving en enkele foto’s van de staat van het openbaar domein.
Artikel 7:
Met oog op recyclage en gecontroleerd omgaan met afval, moeten bij oplevering van de werf alle afbraak- en bouwmaterialen worden afgevoerd naar de daartoe bestemde stortplaatsen of recuperatie-eenheden. De voorwaarden uit het Besluit van de Vlaamse regering van 17/02/2012 (VLAREMA-besluit) en latere wijzigingen (Besluit van de Vlaamse Regering van 22/03/2019 tot wijziging van voornoemd besluit) dienen te worden nageleefd.
Artikel 8:
De vergunninghouder neemt akte van dat het vandaag wenselijk en noodzakelijk is om alle gebouwen te voorzien van een gescheiden rioleringsstelsel, een hemelwaterput van minstens 5000 liter, een operationele hergebruikinstallatie voor functioneel hergebruik minstens voor toiletspoeling, een voldoende gedimensioneerde infiltratievoorziening. Ook is het vandaag wenselijk om alle gebouwen te voorzien van (extensieve) groendaken, al dan niet in combinatie met één of meerdere van de voornoemde methodes. Gescheiden rioolaansluiting dient conform de richtlijnen van Pidpa – HidroRio te zijn. Voor rioleringswerken kan de vergunninghouder een afzonderlijke aanvraag tot (her-)aansluiting en keuring worden ingediend bij Pidpa Riolering via www.pidpa.be/afvalwater/aansluiting/nieuwe-aansluiting , klant@pidpa.be , klantenservicenummer 0800/90.300.
Artikel 9:
De vergunninghouder neemt akte van dat het vandaag wenselijk om alle gebouwen om te vormen naar BEN-gebouwen (Bijna EnergieNeutraal).
Artikel 10:
De voorwaarden bij het brandpreventie-advies van de Brandweerzone Rivierenland, zoals bijgevoegd in bijlagen, strikt na te leven.
Artikel 11:
De voorwaarden bij het adviezen van Pidpa – HidroRio, zoals bijgevoegd in bijlagen, strikt na te leven.
Artikel 12:
De voorwaarden bij het advies van Toegankelijk Vlaanderen, zoals bijgevoegd in bijlagen, strikt na te leven.
Artikel 13:
De 2 aanwezig parkeerplaatsen op de gelijkvloerse verdieping die voorzien zijn als mindervalidenparking moeten terug in de oorspronkelijke staat worden hersteld. De aanwezige nummerplaten mogen enkel worden behouden indien de eigenaars van deze wagens in het bezit zijn van een geldige mindervaliden parkeerkaart.
Deze parkings mogen enkel door mindervaliden worden gebruikt en niet voor een of andere tijdelijke parkeer plaats voor het lossen van goederen of dergelijke.
Artikel 14:
De afvoer kan via koker 1 naar het dak worden geleid. Daar dient de afvoer voldoende hoog boven het dak uitsteken (min 1.50m).
Artikel 15:
Voor de horeca ruimte is er geen enkel plaatst voorzien voor stockage van de voorraad en het afval.
Dit moet voorzien worden in de unit zelf en niet in de kelder zodat er een vlotte toegankelijkheid is ivm het laden en lossen van de voorraad (drank, voeding, andere voorraden, …) en het verwijderen van het afval.
Hiervoor moet er een aparte afgesloten ruimte worden gecreëerd van minimum 5 m² die voldoet aan de brandnormen en de ventilatienormen (zowel boven als onder ventilatie te voorzien).
Een apart advies moet worden aangevraagd bij de brandweer gezien dit een wijziging is van de plannen.
Artikel 16:
De units die voorzien waren tegen de muur ter hoogte van parkeerplaats 1 moeten verplaatst worden zodat deze geen hinder veroorzaken bij het parkeren. Indien dit niet mogelijk is in de kelder moeten deze verplaatst worden naar het dak.
Geluidsbeperkende maatregelen: de installaties in de kelder dienen van het geluidarme type te zijn én deze moeten voorzien worden van een geluidsomkasting of dienen geplaatst worden in een afgesloten geluidsdichte ruimte.
Er moet ook voor gezorgd worden dat de trillingen van de installaties tot een minimum beperkt worden, zowel bij plaatsing in de kelder als bij eventuele verplaatsing naar het dak.
Artikel 17:
Afvalwater:
Er dient een vetafscheider te worden geplaatst zoals voorzien op de plannen, zodanig dat het afvalwater van de keuken eerst de vetafscheider passeert alvorens het geloosd wordt.
Artikel 18:
Hemelwater:
Naast hemelwaterbuffering dient de exploitant voldoende aftappunten voor nuttige toepassing van het recuperatiewater. Een verduurzaming van de waterhuishouding is nodig om het de inrichting klimaatbestendig te maken. Vanuit het duurzaamheidsprincipe en preventief in functie van waterschaarste en/of wateroverlast is het noodzakelijk voor bedrijfsdoeleinden (huishoudelijk gebruik binnen het bedrijf, beregening groenvoorzieningen) in voldoende afnamepunten te voorzien. Deze aftappunten dienen te worden toegepast voor volgende nuttige toepassingen: voor het reinigen van gebouwen, toiletspoelingen, kuiswater, beregening groenvoorzieningen, …
Deze aftappunten moeten voorzien worden in de 2 units
Artikel 19:
Omschrijving | Deel
| Artikels |
Algemene voorschriften | Hfst. 4.1 | Art. 4.1.0.1 – Art. 4.1.13.5 |
Oppervlaktewater | Hfst. 4.2 - Afd. 4.2.1 t/m 4.2.8 | Art. 4.2.1.1 - Art. 4.2.8.3.1 |
Bodem en grondwater | Hfst. 4.3 - Afd. 4.3.1 t/m 4.3.3 | Art. 4.3.1.1 - Art. 4.3.3.1 |
Lucht | Hfst. 4.4 - Afd. 4.4.1 t/m 4.4.8 | Art. 4.4.1.1 - Art. 4.4.8.4 |
Geluid | Hfst. 4.5 - Afd. 4.5.1 t/m 4.5.7 | Art. 4.5.1.1 - Art. 4.5.7.1.5 |
Licht | Hfst. 4.6 | Art. 4.6.0.1 - Art. 4.6.0.5 |
Asbest | Hfst. 4.7 | Art. 4.7.0.1 - Art. 4.7.0.3 |
2. Sectoraal
Omschrijving | Rubriek | Deel | Artikels |
Gassen - Gemeenschappelijke bepalingen | 16 | Afd. 5.16.1 | Art. 5.16.1.1 - Art. 5.16.1.9 |
Koelinstallaties | 16.3.1 16.3.2 | Afd. 5.16.3 | Art. 5.16.3.3 |
Installaties voor het fysisch behandelen van gassen andere dan luchtcompressoren en koelinstallaties | 16.3.1 16.3.2 16.3.3 | Afd. 5.16.3 | Art. 5.16.3.4 |
Register der bekendmakingen
Deze webpagina vormt het openbare register van gemeentelijke reglementen en verordeningen, in overeenstemming met het besluit van de Vlaamse regering van 28 april 2023 betreffende de bekendmakingen en raadpleegbaarheid van besluiten en documenten van het lokale bestuur met betrekking tot de manier waarop ze moeten worden bijgehouden.
Wanneer een publicatie wordt uitgevoerd, zal er een expliciete "bundel" van het document worden opgeslagen. Op dat moment is het document inhoudelijk niet meer aanpasbaar door de gebruiker.
Deze "bundel" bestaat uit:
De inhoud van de publicatie op het moment dat deze werd uitgevoerd.
Een unieke identificatie van de gebruiker die de actie heeft uitgevoerd.
De tijdstempel waarop de actie heeft plaatsgevonden.
Al deze gegevens staan in een aparte publicatie omgeving die beveiligd en toegankelijk is voor een beperkt aantal personen.