Het college,
1. INHOUD VAN DE AANVRAAG
Stedenbouw / stedenbouwkundige handelingen
● De woning wordt energetisch gerenoveerd, hierbij wordt de bestaande achterbouw afgebroken en vervangen door een nieuwe achterbouw met dakkapel.
● Regularisatie van het opgericht bijgebouw in de achtertuin dat dienst zal doen als tijdelijke woning tijdens de verbouwingswerken aan het hoofdgebouw. Na afloop van de werken wordt dit omgevormd tot tuinatelier.
● Plaatsen van een carport links van de woning en aanleggen oprit, pad langs het huis en terras.
● Aanleggen van een wadi ongeveer in het midden van het perceel om water van de bovenste helft van de tuin op te vangen en te laten infiltreren.
2. BEOORDELING VAN DE AANVRAAG
Beoordeling stedenbouw: stedenbouwkundige handelingen
2.1. Afwijkingen op de voorschriften en/of op de goede ruimtelijke ordening
Niet van toepassing op deze aanvraag. Er worden geen afwijkingen vastgesteld.
2.2. Beoordeling van de adviezen
Het advies van Provinciale en Intercommunale Drinkwatermaatschappij der Provincie Antwerpen is voorwaardelijk gunstig. Het advies wordt wel onderbouwd met specifieke regelgeving, waardoor dit advies dus wel onder de toepassing van VCRO art.4.3.3. “direct werkende normen” valt. Het cbs moet dit advies dus wel verplicht volgen; de voorwaarden moeten dus wel bij de vergunning opgelegd worden. Het advies luidt als volgt:
1. Beschrijvend gedeelte:
1.a. Van toepassing zijnde regelgeving:
- Het reglement voor de aanleg van rioleringsinfrastructuur in ontwikkelingen, goedgekeurd door de gemeenteraad en vermeld op de website van Pidpa: www.pidpa.be bij 'afvalwater en
riolering/ontwikkelingen'.
- De gewestelijke stedenbouwkundige verordening van 5 juli 2013 inzake hemelwaterputten,
infiltratievoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater.
- Het Vlaams reglement houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne (VLAREM)
- De “Basisvoorwaarden voor het rioleringsbeheer” Pidpa-Riolering (zie website www.pidpa.be).
- Het Algemeen waterverkoopreglement (zie onze website bij Waterverkoopreglementen | Pidpa).
- Het Bijzonder Waterverkoopreglement (zie onze website bij Waterverkoopreglementen | Pidpa).
- De code van goede praktijk voor het ontwerp, de aanleg en het onderhoud van rioleringssystemen.
- Deze lijst is niet limitatief.
1.b. Ligging volgens het zoneringsplan:
- De ontwikkeling is gelegen in het centrale gebied met reeds bestaande aansluiting op een
zuiveringsstation (oranje gearceerd).
1.c. Weerhouden geval volgens het ontwikkelingsreglement:
- De ontwikkeling ligt in centraal gebied, grenzend aan centraal gebied of in geoptimaliseerd
buitengebied en er zijn enkel beperkte rioleringswerken en bijhorend sleufherstel van de bestaande wegenis binnen het openbaar domein en valt dus onder de specifieke voorwaarden van het geval A.2. van het ontwikkelingsreglement.
1.d Weerhouden bepalingen volgens het ontwikkelingsreglement:
- Pidpa bepaalt welke rioleringsinfrastructuur voorzien moet worden door de ontwikkelaar en maakt hiervoor eventueel een offerte over aan de ontwikkelaar.
- De werken worden uitgevoerd door Pidpa of een door Pidpa aangestelde aannemer. Dit kan slechts na betaling van de in de offerte vermelde, geraamde kostprijs.
- Onvoorziene omstandigheden tijdens uitvoering van de werken die aanleiding geven tot een stijging van de kosten worden eveneens aangerekend aan de ontwikkelaar.
2. Voorwaarden: (onverminderd de bepalingen uit het ontwikkelingsreglement)
2.a. Specifieke voorwaarden:
- De DWA-afvoer en de RWA-afvoer zullen respectievelijk dienen aangesloten te worden op de bestaande gemengde riolering (DWA) en op de bestaande RWA-riolering (RWA) langsheen de Kapelstraat.
- De regenwaterput met een inhoud van 20.000 liter voldoet aan de bijgevoegde aanstiplijst hemelwater voor de nieuwbouw of herbouw van een of meer andere gebouwen dan eengezinswoningen, waarvan minstens een gebouw groter is dan 100m².
- De regenwaterput dient voorzien te zijn van effectief hergebruik van regenwater, dit is voorzien door de aansluiting van 2 wc’s en buitendienstkraan.
- De overloop van de regenwaterput wordt aangesloten op een infiltratievoorziening met min. 5.450 liter (effectief 7.100 liter; 2.100 liter + 5.000 liter) infiltratievolume en min. 8,72 m² infiltratie oppervlakte. De overloop hiervan mag worden aangesloten op het openbaar domein t.h.v. de rooilijn.
- Men moet er wel aandacht aan besteden dat de infiltratievoorziening geplaatst wordt boven het grondwaterniveau.
- Verhardingen die zullen worden uitgevoerd in waterdoorlatende materialen of lokaal infiltreren in de bodem mogen niet voorzien worden van afvoeren door middel van kolken en/of goten. De noodzakelijke maatregelen om de waterdoorlaatbaarheid van deze verharding te vrijwaren dienen genomen te worden door het plaatsen van een waterdoorlaatbare fundering tenzij het afstromende hemelwater voldoende kan infiltreren in de omliggende groenaanleg.
- Een voldoende gedimensioneerde (volgens 'Waterwegwijzer bouwen en verbouwen') en goed werkende voorbehandelingsinstallatie (septische put) op de afvoer van de toiletten is verplicht. Deze werd voorzien en staat vermeld op het plan.
- Eén DWA-huisaansluitputje ter hoogte van elke overgang van privéwaterafvoer naar het openbaar saneringsnetwerk is verplicht.
- De bestaande rioolaansluiting dient herbruikt te worden. Tijdens de werkzaamheden dient deze aansluiting op een degelijke wijze afgesloten te worden, zodat er geen onnodig vuil, zand, afval… in de riolering kan terechtkomen. Nieuwe of extra aansluitingen (op een andere locatie of met een grotere diameter) zijn ten laste van de aanvrager. Deze dienen aangevraagd te worden bij Pidpa-Riolering.
- Eén RWA-huisaansluitputje ter hoogte van elke overgang van privéwaterafvoer naar het openbaar saneringsnetwerk, tenzij wordt aangesloten op een gracht of een ander open hemelwaterlichaam is verplicht.
- De huisaansluitputjes, de plaatsing ervan en de aansluiting op de riolering zijn ten laste van de ontwikkelaar. De putjes dienen maximaal 1m uit elkaar geplaatst te worden en minimaal 0,5m.
- Standaard huisaansluiting: een huisaansluiting met een diameter van 160 mm waarbij de bovenkant van de buis maximum 50 cm onder het maaiveld ligt ter hoogte van de rooilijn.
- De aansluitingen dienen aangevraagd te worden bij Pidpa-Riolering (www.pidpa.be).
- Dossierkost
o Er dient door de ontwikkelaar een éénmalige dossierkost betaald te worden van € 125,00 (excl. BTW), zoals vermeld in punt 2.b. en conform artikel 5 van het ontwikkelingsreglement (deze dossierkost dient betaald te worden nadat de vergunning werd afgeleverd).
2.b. Algemene voorwaarden:
- De dossierkost, conform artikel 5 van het ontwikkelingsreglement, dient betaald te worden nadat Pidpa in kennis werd gesteld van het afleveren van de vergunning. Deze dossierkost wordt door Pidpa rechtstreeks aan de ontwikkelaar gefactureerd. Deze dossierkost staat volledig los van een eventuele offerte voor het uitvoeren van werken door Pidpa.
- Voor elke aansluiting op de riolering (dus ook op bestaande wachtaansluitingen/
huisaansluitputjes) dient een aanvraag gericht te worden aan Pidpa-Riolering.
- Bij een bemaling is het verplicht een zandvang en een debietsmeter te plaatsen.
- De keuring van de afvoer van de privéwaterafvoer is verplicht:
o bij nieuwbouw of herbouw
o bij het realiseren van een bijkomende aansluiting of het plaatsen van een IBA
o bij de aanleg van een gescheiden riolering op het openbaar domein tenzij er een conform
keuringsattest kan voorgelegd worden van nieuw- of herbouw dat niet ouder is dan 5 jaar
2.3. Functionele inpasbaarheid
Voorliggende aanvraag betreft het energetisch verbouwen van een bestaande vrijstaande woning waarbij de bestaande achterbouw wordt afgebroken en wordt vervangen door een nieuwe achterbouw met dakkapel. De gevels worden ook geïsoleerd. Verder wordt er in de tuin een bijgebouw verder afgewerkt dat dienst zal doen als tijdelijke woonst tijdens de verbouwingswerken en nadien zal omgevormd worden tot tuinatelier op een perceel in woongebied. De gevraagde functie betreft wonen. De bestaande directe omgeving wordt gekenmerkt door een mix van handelspanden, ééngezinswoningen, en meergezinswoningen. Daarom is de voorgestelde functie in principe inpasbaar in de directe omgeving. Op het bijgebouw in de tuin rust een stakingsbevel aangezien dit werd opgericht zonder vergunning. Men wenst dit te gebruiken als tijdelijke woonst tijdens de verbouwingswerken van de woning, daarna zou dit worden omgevormd tot tuinatelier. Dit kan toegestaan worden maar er zal als voorwaarde worden opgelegd dat dit enkel als woning mag worden gebruikt tijdens de verbouwingswerken. Van zodra het einde der werken is gemeld, mag dit niet meer gebruikt worden als woning en dient dit worden omgevormd tot tuinatelier.
2.4. Mobiliteitsimpact
De aanvraag voorziet een carport links naast de woning, deze zou de hele breedte van de zijtuin beslagen zijnde 5,45 m aan de straatzijde en 5,34 m aan de tuinzijde. Deze carport zou ook worden verankerd in de muur van de aanpalende woning. Een carport van meer dan 5 m breed ligt ver boven de normale breedte van carports en garages, zijnde 3 m. Er zal dan ook als voorwaarde worden opgelegd dat de carport een maximale breedte mag hebben van 3 m alsook de verharding onder de carport. Mits voldaan aan deze voorwaarde is de voorgestelde impact op de mobiliteit in de omgeving en/of het perceel dus aanvaardbaar.
2.5. Schaal
De aanvraag voorziet in de afbraak van de bestaande achterbouw en nieuwbouw van een achterbouw. Op het gelijkvloers bedraagt de bouwdiepte van 16,23 m, op de 1ste verdieping bedraagt de bouwdiepte 11,85 m met een dakkapel die uitkraagt tot een bouwdiepte van 13m. Op de 2de verdieping blijft de bouwdiepte ongewijzigd. De kroonlijsthoogte van de woning bedraagt 6,29 m met als nokhoogte 10,59 m. Deze hoogtes en bouwdieptes vallen binnen de gangbaar gehanteerde maxima. Het bijgebouw dat gebruikt zal worden als tijdelijke woonst heeft een nokhoogte van 3,7 m en kroonlijsthoogte van 3,14 m aan de ene zijde en 3,62 m aan de andere kant. Dit is een aanvaardbare hoogte voor een bijgebouw in de tuin. De carport naast de woning heeft een kroonlijsthoogte van 3,48 m en vrije hoogte van 3 m. Wat betreft hoogte is dit aanvaardbaar, zoals reeds eerder aangeven dient de breedte wel beperkt te blijven tot 3 m. Daarom is het voorgestelde gabarit / volume ten aanzien van de omgeving en/of het perceel dus aanvaardbaar.
2.6. Ruimtegebruik en bouwdichtheid
De aanvraag voorziet in de afbraak van de bestaande achterbouw van ongeveer 50m² en bouwen van een nieuwe achterbouw van ongeveer 48 m². De totale bouwdiepte van de woning zal 16,23 m zijn. Verder wordt er een regularisatie gevraagd voor een bijgebouw in de tuin van ongeveer 35 m². Daarnaast wenst men een terras aan te leggen van 31m² en een carport te plaatsen van 64 m² met een breedte van 5,45 m. De bouwdiepte van de nieuwe achterbouw is binnen de maximale bouwdiepte van 17m die wordt gehanteerd op het gelijkvloers. Het terras achter de woning en het bijgebouw vallen qua oppervlakte binnen de voorwaarden van het vrijstellingenbesluit en zijn slechts een beperkte verharding ten opzichte van het perceel. De carport beslaat echter een veel te grote oppervlakte en breedte, deze wordt beperkt tot een breedte van 3 m hetgeen de courante breedte is voor een carport of garage. Mits de carport beperkt blijft tot een breedte van 3 m zijn de voorgestelde constructies / verhardingen / ruimte-inname ten aanzien van de omgeving en/of het perceel dus aanvaardbaar.
2.7. Visueel-vormelijke aspecten
De aanvraag voorziet in het verbouwen van de woning. Aan de voorgevel verandert er weinig, enkele ramen en deuropeningen worden vergroot en het dak wordt opnieuw gelegd met donkerbruine keramische dakpannen terwijl dit nu bedekt is met grijze leien. Aan de achtergevel komt er een schuin dak dat aan de linkerzijde afloopt tot een hoogte van 2,26m dit dak wordt voorzien van een groendak. In de achtergevel komen grote ramen en deuren met eikenhouten schrijnwerk en de achtergevel wordt verder afgewerkt met houten beplanking. Ook de linkerzijgevel wordt deels bekleed met hout. De carport wordt ook in hout uitgevoerd en ook het bijgebouw in de tuin wordt grotendeels met houten planken bekleed. Gelet op het feit dat de houten bekledingen niet zichtbaar zijn vanop de straat en de kleur van dakpannen aan de straatkant voorkomt in de omgeving en daarnaast de voorgevel wat bekleding betreft ongewijzigd blijft is het voorgestelde materiaalgebruik / vormgeving / esthetiek ten aanzien van de omgeving en/of het perceel dus aanvaardbaar.
2.8. Cultuurhistorische aspecten
Niet van toepassing. De aanvraag omvat geen cultuurhistorische of erfgoed gerelateerde elementen.
2.9. Bodemreliëf / Milieu
De aanvraag omvat de aanleg van een wadi ongeveer in het midden van het perceel met een maximale diepte van 70 cm. Aangezien deze wadi wordt aangelegd voor opvang en infiltratie van hemelwater zijn de voorgestelde werken ten aanzien van het bodemreliëf dus aanvaardbaar.
2.10. Hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen
Niet van toepassing. De aanvraag voorziet geen storende hinder en ook geen impact op gezondheid / gebruiksgenot / veiligheid op het eigen perceel en ook niet naar omwonenden.
Op basis van het decreet betreffende de omgevingsvergunning en latere wijzigingen, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en het verslag d.d. van de gemeentelijke omgevingsambtenaren, dat in het kader van deze beslissing wordt bijgetreden en eigengemaakt, wordt de gevraagde omgevingsvergunning voor het verbouwen van een vrijstaande woning, regulariseren van een tijdelijke woonst op een eigendom gelegen Kapelstraat 111, kadastraal gekend (afd. 1) sectie A 279 D6 en (afd. 1) sectie A 279 F4, gedeeltelijk en onder voorwaarden verleend aan de heer Joris Goeman wonende te Tolhuisstraat 103 te 2627 Schelle en mevrouw Karen De Pauw wonende te Tolhuisstraat 103 te 2627 Schelle, mits de vergunninghouder de hierna geformuleerde voorwaarden naleeft.
Beslist:
Eenparig goedgekeurd
Artikel 1:
De vergunninghouder is verplicht om gedurende 30 dagen de affiche uit te hangen, op het perceel waarop de beslissing van toepassing is, goed zichtbaar vanaf het openbaar domein. De start van het ophangen moet geschieden binnen een termijn van 10 dagen vanaf de dag van ontvangst van de beslissing. De vergunninghouder brengt de gemeente onmiddellijk op de hoogte van de startdatum van de aanplakking van de vergunning, met een foto van de affiche, waarop de datum van de foto-opname staat, per mail via ro@schelle.be. De sanctie bij niet-aanplakking is dat de beroepstermijn in hoofde van derden-belanghebbenden geen aanvang neemt, waardoor de vergunning onuitvoerbaar kan blijven.
Artikel 2:
De vergunninghouder is verplicht om de gemeente op de hoogte te brengen van de aanplakking van de bekendmaking van de omgevingsvergunning. De vergunningshouder dient dit bericht door te geven in uw dossier op www.omgevingsloket.be, per mail via ro@schelle.be, of per aangetekend schrijven op adres Fabiolalaan 55, 2627 Schelle.
Artikel 3:
De vergunning is uitvoerbaar binnen 35 dagen, te tellen vanaf de startdatum van de aanplakking, behalve indien de aanvrager binnen die 35 dagen op de hoogte werd gebracht van het instellen van een administratieve beroepsprocedure.
Artikel 4:
De vergunninghouder brengt het college van burgemeester en schepenen per beveiligde zending of mail op de hoogte van respectievelijk de start en het einde der werken, en dit ten laatste 8 dagen voor de respectievelijk start en einde van de werken, per mail via ro@schelle.be.
Artikel 5:
Met oog op beperken van schade en netheid aan het openbaar domein ter hoogte van het perceel tijdens de uitvoering van de werken, wordt opgelegd dat de vergunninghouder de openbare weg rein moet houden in de nabijheid van de bouwwerken. Schade moet door de vergunninghouder hersteld worden, de gemeentelijke diensten voeren na het einde der werken de controle uit.
Artikel 6:
Met oog op beperken van schade en netheid aan het openbaar domein ter hoogte van het perceel tijdens de uitvoering van de werken, wordt opgelegd dat, indien het openbaar domein ter hoogte van uw eigendom niet in goede staat is, dit vóór de aanvang van de werken enkele foto’s te bezorgen aan de gemeentelijke dienst Omgeving via ro@schelle.be, met daarbij een beknopte beschrijving en enkele foto’s van de staat van het openbaar domein.
Artikel 7:
Met oog op recyclage en gecontroleerd omgaan met afval, moeten bij oplevering van de werf alle afbraak- en bouwmaterialen worden afgevoerd naar de daartoe bestemde stortplaatsen of recuperatie-eenheden. De voorwaarden uit het Besluit van de Vlaamse regering van 17/02/2012 (VLAREMA-besluit) en latere wijzigingen (Besluit van de Vlaamse Regering van 22/03/2019 tot wijziging van voornoemd besluit) dienen te worden nageleefd.
Artikel 8:
Het is verplicht om alle gebouwen te voorzien van een gescheiden rioleringsstelsel, een hemelwaterput van minstens 5000 liter, een operationele hergebruikinstallatie voor functioneel hergebruik minstens voor toiletspoeling, een voldoende gedimensioneerde infiltratievoorziening. Ook is het verplicht om alle platte daken te voorzien van (extensieve) groendaken, al dan niet in combinatie met één of meerdere van de voornoemde methodes. Gescheiden rioolaansluiting dient conform de richtlijnen van Pidpa – HidroRio te zijn. Voor rioleringswerken kan de vergunninghouder een afzonderlijke aanvraag tot (her-)aansluiting en keuring worden ingediend bij Pidpa Riolering via www.pidpa.be/afvalwater/aansluiting/nieuwe-aansluiting , klant@pidpa.be , klantenservicenummer 0800/90.300.
Artikel 9:
Het is verplicht om alle gebouwen om te vormen naar BEN-gebouwen (Bijna EnergieNeutraal).
Artikel 10:
De voorwaarden bij het advies van Pidpa – HidroRio, zoals bijgevoegd in bijlagen, strikt na te leven.
Artikel 11:
Het bijgebouw in de tuin mag tijdens de verbouwingswerken van de woning gebruikt worden als tijdelijke woongelegenheid. Van zodra het einde der werken gemeld is mag dit niet meer als woongelegenheid gebruikt worden en dient dit worden omgevormd tot tuinatelier.
Artikel 12:
Stedenbouwgerelateerde uitsluitingen uit de vergunning
De carport links van de woning mag een maximale breedte hebben van 3 m net als de verharding onder de carport zoals aangeduid in het rood op het inplantingsplan.
Register der bekendmakingen
Deze webpagina vormt het openbare register van gemeentelijke reglementen en verordeningen, in overeenstemming met het besluit van de Vlaamse regering van 28 april 2023 betreffende de bekendmakingen en raadpleegbaarheid van besluiten en documenten van het lokale bestuur met betrekking tot de manier waarop ze moeten worden bijgehouden.
Wanneer een publicatie wordt uitgevoerd, zal er een expliciete "bundel" van het document worden opgeslagen. Op dat moment is het document inhoudelijk niet meer aanpasbaar door de gebruiker.
Deze "bundel" bestaat uit:
De inhoud van de publicatie op het moment dat deze werd uitgevoerd.
Een unieke identificatie van de gebruiker die de actie heeft uitgevoerd.
De tijdstempel waarop de actie heeft plaatsgevonden.
Al deze gegevens staan in een aparte publicatie omgeving die beveiligd en toegankelijk is voor een beperkt aantal personen.