De gemeenteraad,

Gelet op het Decreet Lokaal Bestuur;

Gelet op de artikelen 465 tot en met 470/2 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen;

Overwegende dat de financiële toestand van de gemeente de invoering vergt van alle rendabele belastingen;

 

Beslist:

Met 13 stemmen voor (Geert Rottiers, Vera Goris, Karl Van Hoofstat, Axel Boen, Leo Haucourt, Stan Scholiers, Philippe Van Bellingen, Nicole Haerenout, Katrien Herremans, Myriam Baeyens, Philip Lemal, Marjan Nauwelaert en Rob Mennes), 4 onthoudingen (Rita Jacobs, Koen Vaerten, Elke Bogaerts en Danny Schoonderwoert)

 

Artikel 1:

Voor het aanslagjaar 2022 wordt een aanvullende belasting gevestigd ten laste van de rijksinwoners die belastbaar zijn in de gemeente op 1 januari van het aanslagjaar.

Artikel 2:

De belasting wordt vastgesteld op 6 % van de overeenkomstig artikel 466 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 berekende grondslag voor hetzelfde aanslagjaar. Deze belasting wordt gevestigd op basis van het inkomen dat de belastingplichtige heeft verworven in het aan het aanslagjaar voorafgaande jaar.

Artikel 3:

De vestiging en de inning van de gemeentelijke belasting zullen door het toedoen van het bestuur der directe belastingen geschieden, zoals bepaald in artikel 469 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen.

Artikel 4:

De bekendmaking van de lijst van de besluiten, vermeld in artikel 285, en van de besluiten, vermeld in artikel 286, gebeurt binnen 10 dagen nadat ze genomen zijn, met vermelding van de datum waarop ze via de webtoepassing worden bekendgemaakt.